Ik moet je iets bekennen: Lianne en technologie zijn niet echt dikke vrienden. Als ik eerlijk ben, denk ik soms met weemoed aan mijn eerste mobiel, Nokia 3310. Met slechts twee belangrijke knoppen (groen en rood), een batterij waar een zelfs Duracel-konijn van zou smullen en al viel ie in het water… geen probleem. Afdrogen en doorgaan. Qua computers – heb ik me van de week laten vertellen – ben ik ouderwets. Ik haal nog al mijn mail binnen en sla dingen op op mijn harde schijf. Very old-school. Doe jij niks in the Cloud, dan? Ehhhh….
Nu gingen we deze week over met onze website op een nieuwe provider of host, weet ik veel hoe dat heet. En ik realiseer me dan niet, dat dat ook invloed heeft op mijn email. Ooit zei iemand tegen mij: ‘Ware blondheid zit van binnen!’ Dus al verf ik al jaren mijn haren rood, nu val ik toch door de mand. Je voelt ‘m al aankomen, ik had opeens geen mail meer. Dacht ik. Waarschijnlijk had ik het wel, maar ik wist zo gauw niet hoe. En dan komt mijn gestructureerde, perfectionistische, autistische controlefreak naar boven. Met andere woorden: PANIEK! Dus ik begin manlief Sjoerd en assistente Ingrid te terroriseren en met alle goede bedoelingen gaven ze telkens het antwoord: “Maak je niet druk. Het komt wel goed!” (Ingrid zei nog heel vriendelijk een dag later, dat ik dan op zo’n moment niet lief doe. Sjoerd zei gewoon ronduit: Je loopt te zeuren!)
Het komt wel goed!
Ik heb écht een hekel aan dat zinnetje. Ik wil op zo’n moment duidelijkheid en wil antwoord op vragen als: Wat? Wanneer? Hoe? Maar nee, dan moet ik geduld hebben. En vooral: LOSLATEN. Hmmmmm, duidelijk een ontwikkelpunt. In alle consternatie dacht ik: ‘Ik voel een blog aankomen…… De zin ‘Het komt wel goed.’ intrigeert me dan. Hij wordt veel gebruikt als reactie op verhalen die een emotionele lading hebben. Het wordt met de beste intenties gezegd en heeft als doel dat de ander zich beter voelt. Alleen, dat doel wordt niet bereikt. Denk maar eens aan een situatie dat iemand het tegen jou zei. Hielp het? Voelde jij je gehoord of begrepen? Waarschijnlijk niet.
Negatieve en positieve emoties
“Het komt wel goed” zeggen we met name als iemand zich boos, verdrietig, eenzaam of machteloos voelt. We zullen het niet snel zeggen bij blijdschap, optimisme of vrolijkheid. Dat klinkt voor de hand liggend, maar het geeft een wezenlijk onderscheid aan. Er zijn blijkbaar negatieve en positieve emoties. De ene moeten ‘goedgemaakt‘ worden en de andere niet.
Als je tegen een huilende vriend zegt: “Het komt wel goed“, wat zeg je dan eigenlijk? Eigenlijk zeg je: “Voel je maar niet verdrietig, want daar is geen reden voor.” (Het komt namelijk goed.) Op een bepaald vlak wijs je de ander en zijn emoties dus af. Persoonlijk wil ik gehoord en geaccepteerd worden in mijn verdriet of boosheid. Die (onbedoelde) afwijzing helpt me niet.
De bak blubber eruit
Hoewel uiting geven aan je verdriet of boosheid niet prettig is, heeft het wel een doel. Het lucht namelijk enorm op en het maakt ruimte in je lijf voor iets nieuws. Waar heb je pijn, verdriet, boosheid of angst liever, in je lijf of eruit? Enig idee wat al die emoties met je fysieke en mentale gestel doen? Het eruit gooien noem ik: ‘De bak blubber eruit.’ Je lijf neemt afscheid van allerlei oude, opgekropte zaken. Je zou het kunnen vergelijken met overgeven. Je lichaam gaat namelijk vanzelf overgeven, als het stoffen ervaart die schadelijk zijn voor je systeem. Het uiten van emoties is net zo natuurlijk én gezond voor het lichaam als overgeven. Waarom ontmoedigen we het dan (onbewust)?
Emoties worden afgeleerd
Als kind leren we al vroeg dat veel huilen of boos zijn niet gewenst is. Zo liep ik laatst langs een moeder en haar huilende zoontje. Ik hoorde haar zeggen: “Zo, en nu heb je wel weer genoeg gehuild.” Een voorbijganger deed er nog een schepje bovenop: “Weet je wat ik zie? Een stoere jongen! En die huilen toch niet?” Een kind leert dus al heel jong welk gedrag papa en mama blij maakt en op welke emoties afwijzing volgt. Deze conditionering nemen we mee ons volwassen leven, waar we bijna allemaal moeite hebben met het openlijk uiten van “negatieve” emoties.
Geef het ruimte
“Het komt wel goed.” zeggen we veelal omdat we zelf ongemak ervaren bij de emoties van iemand anders. Het is een dooddoener voor het gesprek en daarmee een oplossing voor ons eigen ongemak. Het treurige hieraan is dat we onszelf en anderen empathie en een luisterend oor ontzeggen. En beiden gaan zich er niet beter bij voelen. Dus in het vervolg, als er iemand in tranen of boosheid naar je toe komt, geef het de ruimte. Probeer eens in plaats van: “Het komt wel goed.” de volgende zin: “Ik begrijp dat jij je …… voelt, omdat jij het belangrijk vindt dat ………” Ineens heeft de ander het idee dat er naar hem/haar geluisterd wordt. Ineens is er ruimte voor het verhaal, zonder dat de ander het bagatelliseert met “Het komt wel goed.”
Ik las dit verhaal gisteren voor aan Sjoerd (leek me wel handig alvorens het de ether in te sturen) en toen hebben we er nog eens flink over gebrainstormd (Klinkt vriendelijker dan gediscussieerd, vind je niet.) Hij zei: ‘Jij moet dan gewoon loslaten (Alsof dat gewoon zo makkelijk is!). Waarop ik zei: ‘En als jullie mij duidelijk vóóraf geïnformeerd hadden over wat ik had kunnen verwachten, was ik ten eerste voorbereid geweest. En als ik dan in mijn controlefreak-deel zit, is relativeren, loslaten, geduld hebben en logisch nadenken ver te zoeken. Maar bovengenoemd zinnetje, had er wél toe geleid dat ik me gehoord en begrepen had gevoeld en daarmee was ik vast en zeker kalmer geworden.’ En daar gaf hij me dan wel weer gelijk in. Zo zie je maar weer. Na 31 jaar samen valt er bij ons ook af en toe nog wat te discussiëren en vooral: te leren.
Als je wilt leren je eigen emoties te accepteren en uiten (en daarmee het ook oké te vinden als een ander dat doet), dan nodig ik je uit eens mee te doen aan een van onze trainingen of een afspraak te maken voor een individueel coachtraject.